Ingebruikname
- Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbeheerd achter en schakel het meetgereedschap na gebruik uit.
- Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel zonlicht.
- Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme temperaturen of temperatuurschommelingen. Laat het bijv. niet gedurende langere tijd in de auto liggen. Laat het meetgereedschap bij grotere temperatuurschommelingen eerst op temperatuur komen, voordat u het in gebruik neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuurschommelingen kan de nauwkeurigheid van het meetgereedschap nadelig beïnvloed worden.
- Vermijd krachtige stoten of vallen van het meetgereedschap.
- Draai de draaischakelaar (2) in de gewenste meetfunctie om de digitale multimeter in te schakelen.
- Draai de draaischakelaar in stand
om de digitale multimeter uit te schakelen.
Wordt ca. 20 minuten lang geen waarde gemeten of geen toets op de digitale multimeter ingedrukt of de draaischakelaar niet ingesteld, dan schakelt de digitale multimeter automatisch uit om de batterijen te sparen. Om de automatische uitschakeling te deactiveren, houdt u de Hold-toets ingedrukt terwijl u de digitale multimeter inschakelt (bijv. door de draaischakelaar op een willekeurige positie te draaien). Op het display verschijnt dan d.APO. De rusttoestand is in de modus Min Max Avg altijd gedeactiveerd.
U kunt dan de digitale multimeter weer inschakelen door de draaischakelaar (2) te draaien of op een van de toetsen te drukken.
Sel-toets
- Druk kort op de Sel-toets om door twee meetfuncties te schakelen die dezelfde positie op de draaischakelaar (2) hebben. Op het display (1) wordt de telkens geselecteerde meetfunctie aangegeven.
- Wanneer de positie op de draaischakelaar niet dubbel is bezet, is een geluidssignaal te horen als op de Sel-toets wordt gedrukt.
Range-toets
- Koppel de meetkabels (7) en (8) van het te testen stroomcircuit los, voordat u het meetbereik verandert. Anders bestaat het risico op letsel door een elektrische schok en/of de digitale multimeter kan worden beschadigd.
- Druk binnen de automatische meetbereikselectie kort op de Range-toets om naar de handmatige meetbereikselectie te wisselen. Op het display (1) verschijnt Manual.
- Druk binnen de handmatige meetbereikselectie kort op de Range-toets om verschillende meetbereiken te doorlopen.
- Druk binnen de handmatige meetbereikselectie lang op de Range-toets om naar de automatische meetbereikselectie te wisselen. Op het display (1) verschijnt weer Auto.
Min Max-toets
- Druk kort op de Min Max-toets om de minimumwaarde of maximumwaarde of gemiddelde waarde van de metingen weer te geven. Op het display verschijnt Min, Max of Avg.
Hold-toets
Waarde op het display „bevriezen“
- Druk kort op de Hold-toets om de meetwaarde op het display (1) te „bevriezen". Op het display verschijnt Hold en er is een geluidssignaal te horen.
- Druk opnieuw kort op de Hold-toets om het display (1) weer vrij te geven.
Geluid uit-/inschakelen
- Druk lang op de Hold-toets om de geluidssignalen van de digitale multimeter uit te schakelen. Het symbool
verschijnt op het display.
- Druk opnieuw lang op de Hold-toets om de geluidssignalen van de digitale multimeter weer in te schakelen.
- Gebruik de Hold-toets niet bij de bepaling van spanning. De aangegeven spanning verandert niet en er ontstaat het risico op letsel door een elektrische schok.
- Sluit altijd eerst de zwarte meetkabel (7) op de COM-bus aan en daarna de rode meetkabel (8) op de V-bus of de 10-A-bus. Ga bij het loskoppelen van de meetkabels in omgekeerde volgorde te werk.
- Om elektrische schokken, letsel of schade aan de digitale multimeter te vermijden voordat weerstands-, continuïteits- of capaciteitstesten worden uitgevoerd, moet u ervoor zorgen dat de netstroomverbinding losgekoppeld is en alle hoogspanningscondensatoren ontladen zijn.
- Draai de draaischakelaar (2) op de positie in de afbeelding.
- Steek de meetkabel (8) in de V-bus.
- Maak met de testpen contact met de 10-A-bus.
- De meetwaarde verschijnt op het display (1).
Wanneer een waarde kleiner dan 0,5 Ω wordt aangegeven, is de zekering intact.
Wanneer 0L verschijnt, is de zekering (14) defect en moet worden vervangen zie Zekering vervangen.